Begeleiding LIO-student
De school die een LIO aanwerft, engageert zich om dit te doen vanuit een positieve keuze en de wil om een toekomstige leerkracht te ondersteunen in het traject.
De LIO heeft nood aan voldoende ondersteuning door het volledige schoolteam. Deze ondersteuning kan verschillende vormen aannemen: aanvangsbegeleiding, teamteaching, ter beschikking stellen van expertise en materialen van de school. Bij de LIO-baan wordt de leraar-in-opleiding minimaal begeleid door een mentor. De mentor is een personeelslid van de onderwijsinstelling waar de student is aangesteld.
Als leraar-in-opleiding kan de volledige aanstelling (of een deel van – in samenspraak met de hogeschool) de praktijkcomponent van de lerarenopleiding vervangen. Je aanstelling wordt dan beschouwd als een leraar-in-opleidingsbaan (LIO-baan). Hoeveel studiepunten van de praktijkcomponent je aanstelling precies vervangt, hangt af van de aard en de grootte van je aanstelling. De hogeschool kan je hierover verder informeren.
De LIO voert de opdrachten uit die uitgeschreven worden door de hogeschool. Deze opdrachten worden verzameld in een stagemap. Op regelmatige basis en volgens afspraak met de begeleidende lector zal de LIO ondersteund worden in het leerproces op basis van de stagemap. Op afgesproken tijdstippen vindt een bezoek op de school van tewerkstelling plaats waar de LIO op dat moment geëvalueerd zal worden op basis van de stagemap en de praktijk.